Klein verlet

Klein verlet

De werknemer mag van het werk afwezig zijn met behoud van zijn normale loon ter gelegenheid van een begrafenis in de hieronder vermelde gevallen:

Drie dagen door de werknemer te kiezen tijdens de periode die begint met de dag van het overlijden en eindigt met de dag van de begrafenis.

Dit voor een overlijden van:

  • de echtgeno(o)t(e) van de werknemer;
  • een kind van de werknemer of zijn echtgeno(o)t(e);
  • de vader of moeder van de werknemer;
  • de stiefvader of -moeder van de werknemer;
  • de schoonvader of -moeder van de werknemer.

Twee dagen door de werknemer te kiezen tijdens de periode die begint met de dag van het overlijden en eindigt met de dag van de begrafenis.

Dit voor een overlijden van:

  • een broer of zus van de werknemer die bij de werknemer inwoont;
  • een schoonbroer of -zus van de werknemer die bij de werknemer inwoont;
  • een (over)grootvader of -moeder van de werknemer die bij de werknemer inwoont;
  • een (achter)kleinkind van de werknemer die bij de werknemer inwoont;
  • een schoonzoon of -dochter die bij de werknemer inwoont.

Eén dag, de dag van de begrafenis.

Dit voor een overlijden van:

  • een broer of zus van de werknemer die niet bij de werknemer inwoont;
  • een schoonbroer of -zus van de werknemer die niet bij de werknemer inwoont;
  • een (over)grootvader of -moeder van de werknemer die niet bij de werknemer inwoont;
  • een (achter)kleinkind van de werknemer dat niet bij de werknemer inwoont;
  • een schoonzoon of -dochter die niet bij de werknemer inwoont.

Werknemers die wettelijk samenwonen (= een verklaring hebben afgelegd voor de ambtenaar van de burgelijke stand), worden gelijkgesteld met gehuwde werknemers.

Voor de toepassing van het klein verlet wordt het aangenomen of erkend natuurlijk kind gelijkgesteld met het wettig kind en wordt een halfbroer of halfzus gelijkgesteld met een broer of zus.